Over IS-terroriste Xaviera S.

Bijna tien jaar geleden werd ik bedreigd door Xaviera S.. De IS-terroriste stuurde een foto van een kalasjnikov met de volgende tekst: ‘Jouw kop zal ik maar al te graag willen laten rollen.’ Hierna volgden nog vele bedreigingen en scheldpartijen vanuit het kalifaat. Toen ik na lang wikken en wegen, en onder lichte druk, eindelijk aangifte deed, dacht ik dat het geen fluit uit zou maken. Maar ja, ik ben een hoopvol mens met een groot rechtvaardigheidsgevoel, daarom ging ik akkoord.

Het gesprek met de agenten duurde uren. Naarmate de tijd verstreek, werd mijn onderbuikgevoel steeds sterker. Voor wie zaten ze hier nou eigenlijk? Voor mij of voor zichzelf? Met de kennis van nu weet ik dat ze kruimels verzamelden voor hun onderzoek. Dat neem ik de agenten overigens niet kwalijk. Het is het gevolg van jarenlang politiek wegkijken (‘Ze gaan toch wel dood in Syrië’) en wereldwijde naïviteit. Onderzoekers hebben jarenlang herhaaldelijk aangedrongen op grondig onderzoek naar de misdaden van IS. Zij voorspelden dat terroristen ooit terug zouden keren naar het land van herkomst, en dat die landen de berechting dan niet op orde zouden hebben. Ze kregen gelijk.

Xaviera’s berechten zou lastig worden, aangezien ze al was veroordeeld voor lidmaatschap van een terroristische organisatie nadat ze met een paar hooggeplaatste IS-leden was opgepakt in Turkije. Daarvoor had ze in 2018 vastgezeten in een Turkse cel. Daarom zocht justitie met terugwerkende kracht naar bewijs van misdaden en naar aangiftes.

Zo kwamen ze uit bij mij.

Enfin, terug naar die aangifte. Het was coronatijd, ik kreeg therapie voor paniekaanvallen, ik had een burn-out, en de psycholoog had net geconstateerd dat ik PTSS had, met name veroorzaakt door de bedreigingen. Gelukkig zou ik snel EMDR-therapie krijgen.

Ik heb jouw gezicht vaak voor me moeten halen tijdens de EMDR-therapiesessies die ik heb gevolgd. Foto’s plukte ik van het internet. Foto’s van een gezicht bedekt onder een zwart gewaad, en een zonder. In die laatste zag ik vooral haat, gecombineerd met godsdienst- en grootsheidswaanzin. Na de laatste sessie was ik opgelucht: ik hoefde jouw gezicht nooit meer te zien.

Uit mijn slachtofferverklaring

Ik deed de aangifte en…. hoorde vervolgens niks meer. Ik mailde met de vraag of ik mijn aangifte in mocht zien: geen reactie. Ik vroeg wat ermee gedaan zou worden: geen reactie. Pas toen ik via Ebru Umar, die ook door Xaviera was bedreigd, in contact kwam met advocaat Richard Korver kreeg ik antwoord op mijn vragen. Van hem hoorde ik dat justitie niets meer met mijn aangifte wilde doen, en toen ineens weer wel, want de bedreigingen waren onderdeel van een groter onderzoek. Korver, die het vrije woord een warm hart toedraagt, bood aan om ook mijn advocaat te worden.

Na een anderhalf jaar durende celstraf in Turkije was Xaviera eind 2019 terug naar Nederland gekeerd. Al in mei 2020 werd ze vrijgelaten omdat ze hoogzwanger was van kalifaat-echtgenoot nummer twee. Het zou jaren duren voordat Xaviera moest voorkomen voor plundering, lidmaatschap van een terroristische organisatie en het bedreigen van twee journalisten: Ebru Umar en ik.

Xaviera had verschillende sociale media-accounts. Van haar ‘droom’ om een groot gezin te stichten met een echtgenoot die meerdere vrouwen had, tot de meest weerzinwekkende plaatjes van moordpartijen – Xaviera deelde veel. En meestal was het haatdragend of gruwelijk. ‘Wij van ‪#‎IS wensen de NL soldaten van harte welkom in 2015’, schreef Xaviera naast een foto van een executie.

De bedreigingen vonden plaats in een tijd waarin steeds meer ‘vijanden van de islam’ publiekelijk werden geëxecuteerd door IS. Journalist James Foley was het eerste, westerse slachtoffer wiens executie werd vastgelegd in een IS-propagandavideo. Xaviera deelde toen een screenshot van de in het oranje aangeklede, toegetakelde, dode journalist. Hij was onthoofd. Zij deelde het met hartjes en lachende smileys. Ook aanslagen werden door haar online ‘gevierd’, waaronder die in Parijs.

Je was lid van een groep die hulpverleners, journalisten, en talloze onschuldige burgers executeerde, waaronder kinderen. Hele bevolkingsgroepen werden door IS tot slaaf gemaakt en verkracht. Naar mijn weten heb je daar nooit berouw voor getoond. Zelfs de menselijke compassie ontbrak bij jou. Sterker nog: je schepte op over de misdaden van IS. Lachende smileys bij foto’s van afgehakte hoofden, hartjes bij foto’s van aanslagen (die je aanmoedigde), en de vele bedreigingen richting Nederlanders, waaronder mijn collega Ebru Umar. 

Uit mijn slachtofferverklaring

Pas in maart 2024 moest Xaviera S. voorkomen. Dat was bijna tien jaar na de start van de eerste bedreigingen. Weet u wanneer justitie ons heeft ingelicht? Een week van tevoren. Ik zat toen net in Thailand, waar ik mijn veertigste verjaardag zou vieren én precies twee jaar samen zou zijn met mijn vriend. Het ticket was een cadeau van iemand die wilde ons een ‘onvergetelijke tijd’ cadeau wilde doen. Ik had er ontzettend naar uitgekeken, me drie slagen in de rondte gewerkt om als freelancer vrij te kunnen nemen. Daar was ik na jaren doorwerken, zelfs tijdens vakanties, ook aan toe.

Onvergetelijk werd het zeker. Daar zat ik dan, in Thailand, te bellen en mailen met (het kantoor van) Richard Korver. Hij vond de late oproep ook bizar. Maar wat konden we doen? Weigeren? Weer jaren wachten met het mogelijke gevolg dat Xaviera nóg minder straf zou krijgen? We moesten wel akkoord gaan.

Daar zat ik dan, in Thailand, met een krakkemikkige internetverbinding en niet in het bezit van een eigen laptop, werkend aan een slachtofferverklaring. De bedreigingen, de paniekaanvallen, de therapieën – ik moest de hele tijdlijn herkauwen. Inwendig vloekte ik. Wéér moest ik me bezighouden met dat mens, met IS, tijdens een vakantie nota bene.

Maar ik deed het. En niet eens zozeer voor mezelf, maar voor alle slachtoffers van IS, in de hoop dat het bij zou dragen aan een passende straf. Geen geschoffel, maar tralies. Op de dag dat ik veertig werd, sprak ik de slachtofferverklaring in. De dagen voor de de rechtszaak telde ik af. En toen was het zover.

Xaviera’s advocaten probeerden de schuld op een dode terrorist te schuiven: volgens hen was het Xaviera’s ‘echtgenoot’ die de accounts beheerde. Alleen niet de bedreigingen aan mijn adres: die waren zogenaamd gepleegd door andere IS-vrouwen, want Xaviera ontkende dat deze accounts van haar waren. Volgens de advocaten was er ook ‘geen enkel bewijs’ dat Ebru en ik een trauma hadden opgelopen. Alsof EMDR-therapie een soort yogales is waar iedereen een strippenkaart voor kan kopen.

Lange tijd dacht ik dat ik er wel mee kon omgaan. Maar ondertussen waren de signalen er: allereerst stopte ik met mijn onderzoek naar IS. Daarnaast werd ik somber en depressief.  In de jaren die volgden ging het bergafwaarts. Ik kreeg paniekaanvallen, vliegangst, sprong zelfs een keer uit een rijdende auto, dook ineen bij harde geluiden en was het ene moment apathisch en het andere moment super emotioneel. Bij iedere voorbijganger met een niqaab op dacht ik: zal die er ook bij horen? Zelfs de postbode vertrouwde ik niet meer.

Uit mijn slachtofferverklaring

Even een side note: Het staat niet alleen voor mij, maar ook voor andere journalisten en terrorisme-onderzoekers buiten kijf dat Xaviera achter de accounts zat. Zo stuurde een onderzoeker mij de volgende reactie op Xaviera’s Facebookpagina door: ‘Klopt gek wijf sjonge ik heb je app gestuurd met hoe ze mij lastig viel sjonge… ze is nog achterlijker dan ik dacht!!!!’

Was getekend: een familielid van Xaviera (die ik een paar maanden daarvoor inderdaad had benaderd voor een interview) onder een bericht waarin Xaviera uitlegde waarom ze een nieuw account had. Het oude account waarop ze mij via privé-berichten, in het openbaar en onder mijn foto’s met de dood bedreigde, was door Facebook verwijderd. Dat riedeltje herhaalde zich meerdere keren op verschillende kanalen. Overal zag ik mijn naam en gezicht voorbijkomen. Ik herinner mij nog dat ze genoot van deze haatcampagne. En hoe kwaad ze werd toen de accounts uit de lucht werden gehaald.

Geheel in de lijn der verwachting had Xaviera geen spijt van haar acties. Iedereen was schuldig, behalve zij. Zij was het slachtoffer. Altijd. Het verbaast mij niets: IS-vrouwen hebben nooit spijt voor wat ze anderen hebben aangedaan, enkel voor wat ze zichzelf (en eventueel hun kinderen) hebben aangedaan.

Jij kreeg een tweede kans. De slachtoffers van IS niet. Van de Jezidi’s en moslimburgers in het Midden-Oosten tot aan terreurslachtoffers in Europa. Ik hoop dat je dat beseft en dat spijt en berouw voor wat jij, als onderdeel van IS, mensen aan hebt gedaan alsnog komen. En ik hoop dat je beseft hoe uniek het is om een tweede kans te krijgen, en dat je die kans dankbaar en met beide handen aangrijpt.

Uit mijn slachtofferverklaring

Afgelopen week volgde de uitspraak. Die kreeg ik van een collega-journalist doorgestuurd. Korver waren ze blijkbaar vergeten te informeren. Xaviera werd vrijgesproken van plundering. Voor lidmaatschap van een terroristische organisatie hoeft ze de cel niet meer in. Voor het bedreigen van twee journalisten kreeg ze 480 uur taakstraf. Schoffelen dus. Of schoonmaken. De vordering van onze advocaat (een peulenschil voor alle emotionele en financiële schade die ze heeft veroorzaakt) werd afgewezen.

Justitie zal vast in haar handjes klappen: dankzij onze aangiftes hebben ze haar nog op iets kunnen pakken. Ik zie 480 uur taakstraf daarentegen als een lachertje, als een spreekwoordelijke kers op de taart der schande.

Verpest is een groot woord – daarvoor heb ik het óók te erg naar mijn zin gehad in Thailand. Maar u begrijpt denk ik wel waarom dit hele gebeuren een schaduw wierp op een tijd die onbezorgd en vrij van taken had moeten zijn. Dat werd het niet. En dat neem ik justitie kwalijk.

Met de kennis van nu had ik zoveel zaken anders aangepakt. Allereerst had ik vriendelijk bedankt voor de oproep – dan maar geen slachtofferverklaring. Hierop had ik me nog eens omgedraaid, uitgeslapen en vervolgens geen enkele keer meer aan die terroriste, de rechtszaak of IS gedacht. Sterker nog: met de kennis van nu had ik waarschijnlijk niet eens aangifte gedaan.

Wat dacht ik in hemelsnaam? Dat een ‘jihadbruidje’ celstraf zou krijgen voor plundering en het bedreigen van journalisten terwijl zelfs automobilisten die een kind doodrijden er in dit land met een taakstraf vanaf komen? Of dat er ineens een doos met bewijsmateriaal zou opduiken, terwijl het aantal IS-terroristen dat wereldwijd veroordeeld werd voor zaken als genocide, slavernij en andere misdaden gepleegd tegen de Jezidi’s op één hand te tellen is? Dacht ik nou echt dat IS-vrouwen een keer eens een keer niet gezien zouden worden als slachtoffer?

Het strand op Koh Lanta

Toch blijf ik hoop houden. En omdat ik dit stuk graag positief wil afsluiten, neem ik jullie mee naar de dag van de rechtszaak. Ik neem jullie mee naar Koh Lanta, een Thais eiland, waar ik een hutje had gehuurd. Voor mij lag het strand, achter mij groene heuvels. Ik opende X en zag een foto van Xaviera. Ik keek ernaar en voelde helemaal niets.

Hierna bestelde ik een cocktail. En nog een. Hierna dook ik in de zee en keek ik naar de ondergaande Thaise zon. Ebru heeft gelijk: living well is the best revenge.

Dit artikel las u gratis, maar een donatie wordt gewaardeerd. Dan kan ik weer onderzoek doen, op pad, mensen interviewen en nieuwe artikelen schrijven. Het volgende artikel dat op de planning staat gaat (weer) over de Jezidi’s. Het bedrag kunt u zelf bepalen.

Donate € -

Please follow and like us:
error8
fb-share-icon20
Tweet 20
fb-share-icon20

You Might Also Like

Back to top